Filip Leopold Lodewijk Maria (
Brussel,
15 april 1960) is sinds
21 juli 2013 de zevende
koning der Belgen. Hij is de oudste zoon van koning
Albert II en koningin
Paola.
Filip kwam als oudste zoon van kroonprins Albert en kroonprinses Paola op 15 april 1960 om 9:40 uur ter wereld op het Kasteel Belvédère. 101 kanonschoten boven Brussel kondigden de geboorte van de prins aan.[1] Hij werd op 17 mei 1960 gedoopt in de kerk Sint-Jacob-op-Koudenberg in Brussel. Zijn peetouders zijn koning Leopold III en prinses Ruffo di Calabria geboren gravin Luisa Gazelli di Rossana, respectievelijk zijn grootvader langs vaderszijde en zijn grootmoeder langs moederszijde.[2] Aan het einde van de jaren 60, toen duidelijk werd dat het huwelijk van zijn oom koning Boudewijn kinderloos zou blijven, werd prins Filip steeds nadrukkelijker als troonopvolger naar voren geschoven.
Filip was de eerste kroonprins van België die geen privé-onderwijs kreeg. Hij volgde de humaniora in een gewone school. Tot zijn vijftiende ging hij naar het Franstalige jezuïetencollege Sint-Michiel in Brussel. Hierna ging hij naar de Nederlandstalige abdijschool van Zevenkerken in Sint-Andries in Brugge. Hij volgde van 1978 tot 1981 onderwijs op universitair niveau aan de Koninklijke Militaire School in Brussel. Daar maakte hij deel uit van de 118e Promotie "Alle Wapens" en behaalde hij paracommando- en vliegbrevetten.[3] Daarna had hij een korte carrière in het leger.
Vervolgens studeerde hij in 1988 een trimester aan het Trinity College van de Universiteit van Oxford in het Verenigd Koninkrijk, en ging hij twee jaar naar de Stanford-universiteit in de Verenigde Staten, waar hij de graad van 'Master of Arts in Political Science' behaalde.[4]
Hij had al sinds lang een passie voor techniek en vooral voor jachtvliegtuigen en begon een opleiding als gevechtspiloot. Hij vloog op Alpha Jet, Mirage V en F-16. Hij maakte ook 30 solovluchten, en bezat lange tijd een eigen helikopter.
Vanaf 1992 beschikte Filip over een eigen 'huis' en ontving hij een jaarlijkse dotatie. Na de dood van koning Boudewijn in 1993 en de eedaflegging van zijn vader, koning Albert II, ontving hij de titel Hertog van Brabant, een titel die gewoonlijk aan de kroonprins gegeven wordt. Vanaf dan sprak men van het 'Huis van de Hertog van Brabant' en nam de prins veel meer officiële taken op zich. Na zijn huwelijk werd het 'Huis van de Hertog en de Hertogin van Brabant'.
Naar aanleiding van zijn 50e verjaardag en ook later gingen stemmen op in de kranten over een grondwettelijke herziening van het koninklijk statuut naar een meer ceremoniële of protocollaire invulling, volgens het voorbeeld van de Scandinavische landen. In politieke kringen is hierover nooit overeenstemming bereikt en bijgevolg geen gevolg aan gegeven.
Filip verloofde zich op 10 september 1999 met jonkvrouw Mathilde d'Udekem d'Acoz (° 20 januari 1973), de oudste dochter van graaf Patrick d'Udekem d'Acoz en gravin Anne Komorowska. Op 13 november 1999 vond de officiële verlovingsvoorstelling plaats, die plaats had in de tuin van het kasteel van Laken.[5] Daarna volgde een kennismaking met de bevolking via de Blijde intredes in elke provincie. Het Paleis maakte bekend dat het huwelijk nog hetzelfde jaar zou plaatsvinden. Op 4 december 1999 trouwden zij in Brussel. Het burgerlijk huwelijk werd gesloten door de burgemeester van Brussel, ridder François-Xavier de Donnea, in het stadhuis van Brussel. Het kerkelijk huwelijk werd door de aartsbisschop van Mechelen-Brussel, kardinaal Godfried Danneels ingezegend.
Filip en Mathilde hebben vier kinderen:
Mathilde Marie Christine Ghislaine gravin d'Udekem d'Acoz (
Ukkel,
20 januari 1973), kortweg
koningin Mathilde, is de
koningin der Belgen, echtgenote van de Belgische
koning Filip en was sinds haar huwelijk tot de troonsbestijging van haar man
hertogin van Brabant.
Mathilde werd geboren als jonkvrouwe d'Udekem d'Acoz; ze is de oudste dochter van graaf Patrick d'Udekem d'Acoz en de Poolse gravin Anne Marie Komorowska en heeft drie zusters en een broer: Marie-Alix (16 september 1974 - 14 augustus 1997), Elisabeth (17 januari 1977), Hélène (22 september 1979) en Charles-Henri (13 mei 1985). In 1997 kwam Marie-Alix samen met haar grootmoeder om in een auto-ongeluk.
Mathilde groeide op in het Waalse dorpje Villers-la-Bonne-Eau nabij Bastenaken in het kasteel van Losange waar destijds ook de prinselijke verloving tussen kroonprins Umberto van Savoie en Marie José van België plaatsvond. Ze studeerde moderne talen aan het Institut Vierge Fidèle, te Brussel. Daarna studeerde ze met grote onderscheiding af aan het Institut libre Marie Haps (Haute École Léonard de Vinci) als logopediste. Ze had in Brussel haar eigen praktijk en werkte ook deeltijds in een school voor lager onderwijs.
In 1998 begon ze (via een schakelprogramma) een academische opleiding aan de UCLouvain in Louvain-la-Neuve en behaalde er met onderscheiding het diploma van licentiaat in de psychologie.
Op 13 september 1999 werd zij officieel voorgesteld als verloofde van kroonprins Filip. Dit had plaats in de tuin van het kasteel van Laken. Daarna volgde een kennismaking met de bevolking via de Blijde Inkomst in elke provincie. Het hof maakte bekend dat het huwelijk nog hetzelfde jaar zou plaatsvinden.
Op 4 december 1999 trad zij in het huwelijk met Filip van België. Vervolgens droeg zij de titels van hertogin van Brabant, prinses van België. Op 12 augustus 2000 werd haar vader verheven tot graaf met overgang van deze titel op al zijn afstammelingen en van die datum af was zij gravin d'Udekem d'Acoz (zie: État présent de la noblesse belge (2013), p. 293). Het burgerlijk huwelijk werd gesloten door de burgemeester van Brussel, Ridder François-Xavier de Donnea in het stadhuis van Brussel. Het kerkelijk huwelijk werd door de aartsbisschop van Mechelen-Brussel, kardinaal Danneels ingezegend. De prinses droeg de kanten sluier van haar schoonmoeder, koningin Paola. Na haar huwelijk schonk de prinses haar huwelijksboeket aan Onze-Lieve-Vrouw van Halle als devotiegeschenk.
De prinses stichtte het Fonds Prinses Mathilde met geld dat ze ontving als huwelijksgift; jaarlijks wordt met dat geld de Prijs Prinses Mathilde uitgereikt.
Met haar man koning Filip kreeg de huidige koningin vier kinderen:
Koningin Mathilde is de doopmeter van prinses Alexia der Nederlanden en prinses Isabella van Denemarken.
Prinses Mathilde werd na de troonsafstand van koning Albert II op 21 juli 2013 de eerste koningin der Belgen die in België is geboren. Lilian Baels, de tweede echtgenote van koning Leopold III, had wel de Belgische nationaliteit, maar heeft nooit de titel van koningin gedragen. Zij was trouwens niet in België geboren, maar in Londen, waar haar familie verbleef tijdens de Eerste Wereldoorlog.
De koningin besteedt aandacht aan de positie van de vrouw en kinderen in moeilijke situaties. Ze leidde al meerdere zendingen in Afrika; naar Niger, Mali, Senegal en Mozambique. Ook is ze vertegenwoordiger van UNAIDS en helpt ze op vraag van UNICEF via haar naambekendheid.
Philippe (
Filip en
néerlandais,
Philippe en
allemand), né le
15 avril 1960 au
château du Belvédère à
Bruxelles1, est, depuis le 21 juillet 2013, le septième
roi des Belges. Fils aîné du roi
Albert II et de la reine
Paola, il devient roi en prêtant serment le 21 juillet 2013 à
12 h 12, devant les chambres réunies, en
néerlandais,
français et
allemand, après l'
abdication de son père selon l'annonce faite par ce dernier le 3 juillet 2013
Né le 15 avril 1960 au
château du Belvédère, le prince Philippe est
baptisé un mois plus tard, le 17 mai 1960 en l'
église Saint-Jacques-sur-Coudenberg de
Bruxelles4. Son parrain est son grand-père paternel le roi
Léopold III, sa marraine est sa grand-mère maternelle, la princesse italienne Luisa Ruffo di Calabria
5. Son prénom rend hommage à son trisaïeul,
Philippe de Belgique, comte de Flandre, frère du roi Léopold II
Le prince Philippe effectue en français ses études primaires et ses trois premières années secondaires au collège Saint-Michel d'Etterbeek. Il est ensuite interne pendant ses trois dernières années d'humanité en néerlandais à l'abbaye de Zevenkerken à Sint-Andries, Bruges1.
De 1978 à 1981, le prince Philippe suit des cours à l'école royale militaire de Bruxelles avec la 118e Promotion Toutes Armes7. Nommé sous-lieutenant en 1980, le prince reçoit ses ailes de pilote de chasse des mains du roi Baudouin le 9 juillet 19827. Après la force aérienne, il rejoint la force terrestre à l'École du régiment Para-Commando7.
Après sa formation militaire, il séjourne deux mois au Trinity College de l'université d'Oxford et poursuit ses études à partir de septembre 1983 à la Graduate School de l'université Stanford en Californie. Le 16 juin 1985, il y obtient le diplôme de master of Arts en sciences politiques8. À partir de septembre 1992, il reçoit une dotation publique pour pouvoir s'entourer de ses propres conseillers en plus de ceux de son père ou de son oncle. Elle s'élève à 14 millions de francs belges par an9.
Il est promu lieutenant-général et vice-amiral, en 2010
À la suite du décès du roi Baudouin le 31 juillet 1993 et de l'accession au trône de son père le 9 août suivant, Philippe devient prince héritier et reçoit le titre de duc de Brabant11. Il succède à son père à la présidence d'honneur de l'office belge du commerce extérieur (OBCE). À la suite de la régionalisation partielle du commerce extérieur et la disparition de l'OBCE, le prince Philippe est nommé président d'honneur de la nouvelle agence pour le commerce extérieur, le 3 mai 200312. Comme le veut la coutume, le prince héritier prête serment le 21 juin 1994 comme sénateur de droit8 et y est rejoint quelques années plus tard par sa sœur, la princesse Astrid et son frère, le prince Laurent. Chaque année, il préside plusieurs missions économiques de plusieurs jours à l'étranger. La présence du fils du roi à la tête d'une délégation facilite la signature de contrats et donne une couverture médiatique plus importante pour les entreprises belges, en premier lieu dans les pays visités13. En Belgique même, il visite des usines ou des sociétés, rencontre des patrons et s'intéresse aux projets économiques du gouvernement.
D'octobre 1993 à mai 1997, le prince Philippe assume la présidence du Conseil national du développement durable, qui avait vu le jour à la suite de la conférence de Rio. Lorsqu'en 1997, cette institution s'est transformée en conseil fédéral du développement durable, il en accepta la présidence d'honneur14. En septembre 2002, il présida avec le premier ministre Guy Verhofstadt la délégation belge au sommet des Nations unies sur le développement durable à Johannesbourg en Afrique du Sud14.
Le 29 mai 1998, il lance le fonds prince Philippe, qui a pour mission de contribuer à entretenir un dialogue permanent entre les trois communautés de Belgique. Il vise à favoriser des échanges, des rencontres et un dialogue entre des groupes de citoyens (principalement des écoles), afin de stimuler une plus grande reconnaissance mutuelle dans le respect de la spécificité et de la culture de chacun15. Le fonds Prince Philippe connaît beaucoup de succès.
Il a épousé le 4 décembre 1999, Mathilde d'Udekem d'Acoz, devenue princesse de Belgique et duchesse de Brabant par son mariage. Après leur mariage, le duc et la duchesse ont accompli la tradition des Joyeuses Entrées dans les chefs-lieux des provinces du pays.
Le couple vit au château de Laeken et a quatre enfants8 :
Mathilde d'Udekem d’Acoz, née le 20 janvier 1973 à Uccle, est la septième reine des Belges.
En tant qu'épouse du roi Philippe des Belges et suite à l'abdication de son beau-père le roi Albert II des Belges le 21 juillet 2013, jour de la fête nationale, elle est devenue reine à cette date.
Mathilde est la fille du baron
Patrick d'Udekem d'Acoz (1936-2008) (élevé au titre de comte en 1999) et de la comtesse
Anna Maria Komorowska (nl) (née le 24 septembre 1946 à
Białogard, en
Pologne). Cette dernière est la fille du comte Leon Michał Komorowski (1907-1992) et de la princesse née
Zofia Sapieha (en) (1919-1997). La famille
Sapieha est une famille princière polono-lituanienne. La comtesse Anna Maria Komorowska est également apparentée
1 à l'ex-président polonais
Bronisław Komorowski, élu en 2010. Elle est aussi la belle-soeur de
Nicolas Janssen, député wallon qui a épousé sa sœur Hélène. Mathilde est baptisée le 11 février 1973 à
Lutrebois. Elle passe son enfance dans le domaine familial du
château de Losange (
province de Luxembourg) en compagnie de ses trois sœurs et de son frère.
Après des études primaires à l'École Notre-Dame de Bastogne, elle fréquente l'Institut de la Vierge fidèle à Bruxelles.
En 1991, Mathilde choisit d'étudier la logopédie (orthophonie) à l'Institut Libre Marie Haps (Bruxelles). Elle obtient trois ans plus tard son diplôme avec grande distinction et devient logopède.
Tout en poursuivant des études de psychologie à l'Université catholique de Louvain (Louvain-la-Neuve), elle ouvre un cabinet de logopédie dans la capitale belge et elle travaille en tant que logopède à l'école Sainte-Jeanne de Chantal à Bruxelles ainsi qu'à l'Institut Sainte Marie-Meiser à Schaerbeek.
Mathilde d'Udekem d'Acoz est devenue princesse de Belgique et duchesse de Brabant par son mariage, le 4 décembre 1999, avec le prince Philippe de Belgique, alors héritier du trône. Elle arrête sa carrière de logopède.
Le couple vit au château de Laeken et a quatre enfants :
- la princesse Élisabeth, née le 25 octobre 2001, duchesse de Brabant et princesse héritière ;
- le prince Gabriel, né le 20 août 2003 ;
- le prince Emmanuel, né le 4 octobre 2005 ;
- la princesse Éléonore, née le 16 avril 2008.
