De huidige Kempense gemeente Leopoldsburg (in
de omgeving ook wel ´t Kamp genoemd) is een fusie van de gemeenten
Leopoldsburg en Heppen in de provincie Limburg in België. De gemeente behoort tot het kieskanton en het gerechtelijk kanton Beringen en telt meer dan 15.000
inwoners.
Leopoldsburg is vooral bekend vanwege de kazerne Leopoldsburg en de uitgestrekte
oefenterreinen van het Belgisch leger. Deze terreinen werden
ingericht in 1835 als verdediging tegen Nederland door koning Leopold I, die er in de
beginjaren als graag geziene gast geregeld verbleef in zijn
Koninklijke Villa.
Zowel Heppen als Leopoldsburg maakten historisch deel uit van
Beverlo dat samen met Oostham en Kwaadmechelen de heerlijkheid Ham vormde. Zo heette het militaire domein
aanvankelijk Kamp van Beverlo. De burgers die in het
kamp woonden werden vanaf 1842 verplicht het kampdomein te verlaten
en zij mochten zich vestigen in een vanaf de tekenplank ontworpen
(dambord)verkaveling (omheen de aanvankelijke site: kerkhof (1835),
kerk (1842), pastorij (1844), postkantoor (1844), schooltje (1842)
en afspanning met herberg. Deze verkaveling kreeg de naam die op de
ontwerpen vermeld stond in 1842,
namelijk Bourg (naar de planontwerper, Bourg uit Bois-du-Luc, en het bij aardrijkskundige namen
vaak voorkomende suffix ´-bourg´). In 1850 werd er
uit dynastieke overwegingen de voornaam van de eerste Belgische
vorst aan toegevoegd en werd deze nieuwe gemeenschap bij wet van 4 juni
1850 afgesplitst van de gemeente Beverlo tot een eigen gemeente
Bourg-Léopold.[1]
De vernederlandsing werd een feit op 14 juni
1932
wanneer de naam Leopoldsburg officieel werd
bekrachtigd.
De eerste burgers leefden van kleinschalige landbouw op de arme heidegronden en de turfwinning. Daarnaast vormde ook de
recuperatie van loden kogels en paardenmest een interessante
bijverdienste.
Tegen 1850 waren er in de gemeente meerdere bedrijven. Er
stond een bergmolen (jaarlijkse maalgrondstof 400.000 kg), een
jeneverstokerij (32.760 kannen van elk 1,5 liter) en
een bierbrouwerij (125 hl/jaar). Verder had men, naast
kleine ambachten een kaarsenfabriek, een tabaksfabriek, een steenbakkerij en een
kanaalhaven.
Leopoldsburg heeft een station aan de spoorlijn van Hasselt naar Mol.
Het Belgische sportwagenmerk Edran is te
Leopoldsburg gevestigd.
Op 9 december 2005 onthulde
Prins Filip er een borstbeeld van
koning Leopold I aan het Albert-I plein in het kader van de 175/25
viering.
Sinds 3 juni 2007 heeft Leopoldsburg zijn eigen ´Walk Of Fame´,
een ludieke knipoog naar Hollywood. Omdat veel Bekende Vlamingen in
Leopoldsburg opgroeiden, wilde de gemeente hen in de bloemetjes
zetten met hun eigen ster. Deze werden op verschillende plaatsen in
de stoep in de Nicolaylaan geplaatst. BV´s die hun eigen ster
kregen zijn tennisser Filip Dewulf, judoka Ingrid Berghmans, presentator Marcel Vanthilt, zanger Walter Grootaers, Liliane
Vertessen, regisseur Dominique Deruddere, schrijver J.M.H. Berckmans, Leo
Caerts en Pukkelpop-organisator Chokri Mahassine. De Kampse ´Walk of Fame´
is uniek in België.
Beverloo Camp was the old name of the
military installations in Leopoldsburg, Belgium, 75 km northeast of Antwerp.
During World War I, it hosted Belgian and German troops. In 1920 the
facilities hosted the pistol
and rifle shooting events
for the 1920 Summer Olympics. While those events
took place, combat engineers detonated grenades four kilometres from the shooting
stands.
For World War II during the German occupation
following the Battle of France, 10,000 members of the
Hitler Youth forming the 12th SS Panzer
Division Hitlerjugend were trained at the camp. During the war,
it was also used as a transit camp for the Holocaust. Josef Nassy was imprisoned here during World War
II.
Bourg-Léopold (en néerlandais et officiellement
Leopoldsburg) est une commune néerlandophone de
Belgique située en Région flamande dans la province de Limbourg.
Sa population totale est d’environ 14 500 habitants pour
une superficie totale de 22,49 km2. La commune est située en
Campine.
Het Kamp van Beverlo is een uitgestrekt
militair oefenterrein dat zich
bevindt ten oosten van Leopoldsburg. Het terrein beslaat ongeveer 55
km2.
Leopoldsburg bevat veel militair erfgoed. Diverse
uitgezette wandelingen voeren er langs. Bezienswaardig is ook het
Koninklijk Park met zijn symmetrische lanenstructuur, dat de ingang
tot het Kamp van Beverlo vormt. Er is ook een replica te zien van
een strohut, zoals die in de begindagen van het kamp als onderdak
voor de soldaten dienst hebben gedaan. Daarnaast zijn er twee musea
die betrekking hebben op het Kamp van Beverlo, en wel:
Toen België zich van Nederland losmaakte tijdens de
Belgische Opstand (1830-1839) voelde
de jonge staat zich door Nederland bedreigd, en in alle haast moest
dus een legermacht worden opgezet en geoefend, waartoe de hulp van
Franse instructeurs werd ingeroepen. Aanvankelijk richtte men
kampen in te Diest, Zonhoven, Bouwel en
Schilde, doch deze voldeden niet.
Uiteindelijk koos men voor een gebied waar veel ruimte
beschikbaar was, en dat niet te ver van de Nederlandse grens was
gelegen. Dit werd uiteindelijk het heidegebied ten noorden van
Beverlo. In 1835 begonnen
de werkzaamheden om het oefenterrein in te richten. Strohutten en
tenten voor de soldaten. Paviljoens voor de generaals en een klein
paleis voor de koning. Reeds in augustus van dat jaar kwamen de
eerste 20.000 soldaten om er te oefenen.
In november 1837 werd het primitieve kampement door een orkaan
goeddeels verwoest, en er werden daarna een negental carrés
gebouwd: Kazernes van 90 bij 90 meter, met een waterput in het
midden. Hout en leem waren de voornaamste
bouwmaterialen.
Hoewel in 1839 vrede met Nederland werd gesloten, besliste
men in 1845 dat het Kamp van Beverlo een permanent karakter zou
krijgen. Het Koninklijk Park (40 ha) werd aangelegd, en in 1848 werd
een, voor die tijd, modern militair hospitaal ingericht. In
1850
werd met de definitieve uitbouw van het kamp gestart. Allerlei
voorzieningen werden aangelegd voor de bevoorrading van de 40.000
militairen en de 4.000 paarden die er gelijktijdig aanwezig waren.
Er kwam ook een smalspoorbaan van 115 km lengte over het
terrein.
De burgers die op het Kamp van Beverlo werkzaam waren,
moesten zich vanaf 1842 vestigen in een planmatig ontworpen stad,
Bourg-Léopold, sinds 1932 Leopoldsburg, genaamd. In 1887 werd
hier een spoorwegstation geopend. In 1857 kwam het
(doodlopende) Kanaal naar Beverlo gereed, dat eigenlijk
dus naar Leopoldsburg voerde.
Het kamp werd steeds verder uitgebouwd en in 1913, aan de
vooravond van de Eerste Wereldoorlog, was men bezig met de
elektrificatie van het kamp. In augustus 1914 trokken
de soldaten van het kamp ten strijde tegen de Duitse invallers. Uit
deze episode stamt het protestlied dat onder de naam Beverlo-lied bekend zou worden. Velen kwamen om.
Op 16 oktober 1914 bereikte
het front de IJzer en liep daar vast.
De Duitsers bezetten het kamp en moderniseerden het
verder, aangezien ze dachten er permanent te kunnen blijven. Ze
voerden er ook proeven uit met chloorgas, dat later als strijdgas aan het
IJzerfront zou worden ingezet.
Tijdens het interbellum kwamen er vele regimenten oefenen,
welke met dagmarsen uit alle steden van België aangetreden kwamen.
Als er een dergelijk regiment kwam, was de hele stad in rep en
roer. De oefeningen duurden vijf weken.
Op 10 mei 1940 bombardeerden de Duitse invallers enkele
onderdelen van het kamp, en namen het niet lang daarna in bezit.
Van 1942 tot 1943 werden er 204 mensen, waaronder 176
verzetsmensen, gefusilleerd. Op 12 mei
1944
bombardeerden de geallieerden het kamp. Bij vergissing werd echter
de Zuidstraat te Beverlo gebombardeerd, waarbij 77 burgers het
leven lieten. Op 28 mei 1944
bombardeerden de geallieerden het kamp opnieuw, en nu effectief: Er
vielen honderden doden onder de Duitse soldaten. Het kamp werd zeer
zwaar beschadigd. Na de bevrijding moesten de collaborateurs, "incivieken" of "zwarten"
genaamd, het puin ruimen.
De wederopbouw van het kamp vond plaats van 1947-1953. Vijf
secties, elk bestaande uit 600 à 800 manschappen, werden
heringericht. In 1970 kwam de 1e
Pantserinfanteriebrigade naar het Kamp, en in 1976 kwamen
de laatste eenheden hierheen.
Bourg-Léopold (en néerlandais et officiellement
Leopoldsburg) est une commune néerlandophone de
Belgique située en Région flamande dans la province de Limbourg.
Sa population totale est d’environ 14 500 habitants pour
une superficie totale de 22,49 km2. La commune est située en
Campine.
Bourg-Léopold est surtout connu pour sa caserne et son terrain
d’entrainement de l’armée belge. Les installations ont
été construites sur ordre de Léopold Ier en 1835 pour se
défendre des troupes néerlandaises. À la base, Heppen et
Bourg-Léopold faisaient partie de Beverlo. C’est pourquoi le camp fut aussi
appelé Camp de Beverlo. Après avoir été occupé par les
armées allemandes de 1914 à 1918 et de 1940 à 1944, le camp est
toujours, au XXe siècle, une base importante de
l´armée belge.
L’industrie en 1850 était
composée d’une brasserie, d’un moulin à farine et d´une
distillerie de genièvre. Plus tard sont arrivés une entreprise de
fabrication de bougies, une entreprise de tabac et un port sur le
canal. Le constructeur belge de voiture de sport de marque Edran est
basé dans cette ville.
Depuis le 3 juin 2007, la
ville a sa propre avenue Walk of Fame comme la ville
d’Hollywood. Les personnages connus originaires de la
ville possèdent désormais une étoile sur l’avenue
Nicolaylaan (Filip Dewulf, Ingrid Berghmans, Marcel Vanthilt,
Walter Grootaers, Liliane Vertessen,
Dominique Deruddere, J.M.H. Berckmans,
Leo Caerts et Chokri Mahassine).
Bij uniformen horen specifieke onderdelen of symbolische
versiersels. Dit hangt af van de functie die een uniform
weerspiegelt, bij het leger worden heel andere onderdelen gebruikt
dan in de rechtszaal of op een verpleegstersuniform. Omdat de
bestukking gemakkelijk vervangbaar moet zijn, wordt ze meestal
afzonderlijk gemaakt. Meestal sierstiksels op een
achtergronddoekje. Vroeger veelal handgemaakt, sinds lang echter
meestal met sierstiktoesellen. Deze kunnen dan bv. opgeknoopt,
opgestikt of ook over schouderlapjes geschoven worden. Eigenlijk
heeft de bestukking het tegenovergestelde doel van het uniform. Nl.
dit te verpersoonlijken met graad, verdiensten, enz.
L’Armée belge est l´Armée nationale de Belgique.
Les unités de l´Armée font partie d´une des quatre
composantes :
chacune d´elle étant mise sous la tutelle d´un officier
général.
L’Armée belge compte, le 1er janvier
2013, 11 000 hommes et femmes
dans l´Armée de terre, 6 100 dans
l’Armée de l´air, 1 500 dans la
Marine et 1 600 au service médical, soit 20 200 hommes et femmes dans les unités
opérationnelles. Il faut y ajouter également 12 800 hommes et femmes dans
l’État-Major, dans les postes internationaux et d´autres
organismes de support, soit un total de 33 000 personnes. Le recrutement y est
essentiellement fondé sur le volontariat de carrière depuis la
suspension du service militaire (le
1er mars 1995). À cela s´ajoutent les principes de
réserve volontaire (militaire de carrière ou civil ayant signé un
engagement) et obligatoire (uniquement pour les membres du cadre et
ce, pendant une durée déterminée).
Du point de vue constitutionnel, le Roi est le chef des armées.
Il s´appuie cependant sur une structure composée d´un ministre
compétent en la matière (en l´occurrence le ministre de la
Défense), qui chapeaute à son tour le travail du chef de la
Défense, la plus haute autorité militaire du pays. Ce dernier
prépare les éléments pour l´élaboration de la politique de la
Défense nationale et conseille son autorité de tutelle au sujet des
opérations planifiées et en cours. Il assure également le suivi des
décisions politiques arrêtées par le Gouvernement fédéral,
ainsi que la gestion administrative du département public
concerné.
La Belgique est membre fondateur de l’Organisation du
traité de l´Atlantique nord (OTAN), dont le siège politique se
trouve à Bruxelles et le Grand
Quartier général des puissances alliées en Europe dans le
Hainaut depuis 1967.
Het Belgische leger is het leger van België. Het is de facto een beroepsleger,
want de dienstplicht is op 5
februari 1995 opgeschort. Het bestaat uit volgende
componenten:
De elite-eenheid zijn de paracommando´s, die een aantal keren
actief waren in Congo. Het Belgisch leger is ingepast in de
NAVO en heeft
deelgenomen aan operaties in Bosnië, Kosovo,
Libanon, Libië
en Afghanistan. Belgische paracommando´s werden
ontwapend en vermoord tijdens hun inzet als blauwhelm in Rwanda.
De volgende tabel bevat basisgegevens:
Militaire arbeidskrachten - militaire
leeftijd: |
18 jaar oud (2010) |
Militaire arbeidskrachten - beschikbaarheid: |
mannen 18-49: 2.436.736 (2010/2005)
vrouwen 18-49: 2.369.463 (2010/2005) |
Militaire arbeidskrachten - klaar voor
legerdienst: |
mannen 18-49: 1.998.003 (2010/2005)
vrouwen 18-49: 1.940.918 (2010/2005) |
Militaire arbeidskrachten die jaarlijks militaire
leeftijd bereiken: |
mannen: 64.263 (2005)
vrouwen 61.402 (2005) |
Militaire uitgaven: |
€ 3,4 miljard (2008) |
Militaire uitgaven - percentage van het bbp: |
1,4% (FY01/02) |
Opleiding en studie
. Shapes other than rectangular may also be
used. There are novelty exceptions, such as
of the U.S. state of
"postcards" from tropical islands.
Kort hierna begonnen andere landen met het introduceren van een
gedeelde achterkant. Bij deze kaarten is de achterzijde in tweeën
gedeeld: de rechterhalf is bestemd voor het adres, dat op
voorgedrukte lijntjes kan worden geschreven, en links is ruimte
voor een bericht. Zo kon de zegetocht van de ansichtkaart als
communicatiemiddel beginnen. De voorzijde werd nu exclusief bestemd
voor het beeld.